Waar gaat de reis nu weer naartoe?

Nog maar net goed en wel bekomen van onze laatste reis, werden er al plannen gesmeed voor de volgende reis. Op een van onze laatste dagen in Madagaskar passeerden een aantal opties de revue. En welke van de opties het zou worden, wisten we nog niet zo zeker. “ We zien wel wat de plannen voor het volgend jaar worden”, zeiden we bij het afscheid op Schiphol tegen elkaar. Deze reis stond al jaren op onze bucketlist, en omdat ik toch in de goede periode verlof had, werd er al snel contact opgenomen met JM en Magda. Het leek hun ook een fantastische bestemming, dus werd er unaniem besloten, dat we in april naar de Kleine Sunda eilanden zouden reizen. Waar gaat de reis nu weer naartoe, de Kleine Sunda eilanden, nog nooit van gehoord, was de reactie van de meeste mensen. De Kleine Sunda eilanden ( Nusa Tenggara) zijn een eilandengroep van Zuidoost-Azië. Samen met de Grote Sunda eilanden vormen zij de Sunda eilanden. De eilandgroep vormt onderdeel van de Sundaboog, een eilandboog gevormd door verschillende vulkanische eilanden of bergen. Waarschijnlijk is de eilandengroep vernoemd naar het oude koninkrijk Soenda in het westen van Java. Het koninkrijk onderhield nauwe banden met Europa. In 1522 werd er een overeenkomst gesloten met Portugal. In ruil voor militaire steun tegen de opkomende islam gaf de koning de Portugezen vrije toegang tot de handel in peper. Tot de Kleine Sunda eilanden horen onder andere Bali, Lombok, Komodo, Flores, Sumbawa en Gili, de eilanden die wij tijdens deze reis gaan bezoeken. Samen met Jm en Magda verheugen we ons op deze reis. Het aftellen is begonnen……

Rees en Ruud

Dag tot dag beschrijving

Dag 1: VERTREK

Je vliegt naar Denpasar, waar je de volgende dag aankomt en jouw Indonesië rondreis begint

Dag 2: AANKOMST SANUR

Na aankomst op Denpasar, Bali, is het nog maar een korte rit naar de badplaats Sanur. Je overnacht in een gezellig hotel met zwembad. Lekker slenteren op het strand door de kabbelende golfjes, even zwemmen in de verkwikkende zee en nog rozig van een ontspannende Balinese massage in de schaduw van een overhangende palm je boek lezen; dit zijn enkele ingrediënten voor een prima “luier” dag, heerlijk om te acclimatiseren. Het centrum van Sanur telt diverse winkels en restaurantjes. Geniet van een zwoele tropennacht, ga je eerste souvenirs kopen of smul van een portie saté.

Dag 3: SANUR

Vrije dag in Sanur. In de directe omgeving zijn diverse watersporten te beoefenen zoals surfen, waterskiën, duiken, zeilen en vissen. Sanur is ook een prima uitvalsbasis om een excursie te maken en het minder bekende oosten van Bali te bezoeken.

Dag 4: SANUR – DENPASAR – ENDE – MONI

Je wordt naar het vliegveld gebracht voor de vlucht naar Flores. Na aankomst rijd je van het vliegveld in Ende naar het plaatsje Moni. Het is een prachtige route langs rijstvelden en diepe kloven. Moni ligt aan de voet van de Kelimutu-vulkaan.

Dag 5: MONI – KELIMUTU-VULKAAN – RIUNG

Bereid je voor op een lange dag. In de vroege ochtend maak je de excursie naar de Kelimutu-vulkaan. Op een heldere dag is de Kelimutu één van de meest spectaculaire bezienswaardigheden ter wereld. De kleuren van de drie meren veranderen met enige regelmaat door het variërende mineraalgehalte van het water. Op dit moment zijn de kleuren in drie tinten blauw maar in het verleden waren ze ook te zien als donkerrood, lichtblauw, zwart en lichtgroen. Het is dus geen wonder dat de meren met edelstenen worden vergeleken en dat deze plek vroeger een belangrijke plek voor rituelen was. Men geloofde ( en gelooft nog steeds) dat de zielen van de overledenen hun laatste rustplaats in deze meren vinden; die van de oude mensen in het ene meer, die van de jonge mensen in het andere meer en die van de heksen in het laatste meer.

Na dit spektakel reis je door naar aan de Flores Zee gelegen dorpje Riung. De rit is wederom prachtig. Doordat Riung niet aan de Trans-Flores weg is gelegen, wordt het maar weinig door toeristen bezocht. Het is een klein plaatsje en staat bekend om zijn prachtige koraaltuinen.

Dag 6: RIUNG / EXCURSIE PULAU TUJUHBELAS

Vrije dag. Je kunt een excursie maken naar het Nationaal Park Pulau Tujuhbelas. Met een bootje ga je naar verschillende snorkelplekken en naar één van de eilandjes met prachtig wit zandstrand, een rif met koraal en vissen. Vanaf het strand kun je direct gaan snorkelen. Ondertussen worden visjes geroosterd voor de lunch. Bij vloed kun je dicht bij de kust van het eiland Ontoloe komen waar de vliegende honden ( kalongs) zich met honderden in de mangrovebossen ophouden. Het is een spectaculair gezicht als deze uitvliegen.

Dag 7: RIUNG – SOA – BAJAWA

Op weg naar Bajawa breng je een bezoek aan de warmwaterbronnen en de waterval van Soa waar je heerlijk kunt badderen in de verschillende natuurlijk uitgespleten baden en watertemperaturen. ’s Middags kom je aan in het op circa 1200 meter hoogte gelegen Bajawa in het district Ngada. In Ngada zijn de traditionele gebruiken beter bewaard gebleven dan in enig ander deel van Flores, rituelen zoals de besnijdenis voor jongens en het vijlen van de tanden van meisjes tot scherpe puntjes als teken van schoonheid. De bewoners zijn bijna allemaal katholiek, maar blijven betekenis hechten aan hun megalieten en de animistische voorouderverering.

Dag 8: BAJAWA / EXCURSIE NGADA-DORPEN

Vrije dag. Je kunt deelnemen aan een optionele excursie. Je rijdt naar de Wolobobo vulkaan, van waaraf een prachtig uitzicht op de omgeving en de vulkanen Inerie en Ebulobo hebt. Je maakt een korte wandeling over een oude kraterrand en rijdt via koffieplantages naar traditionele dorpjes aan de voet van de Inerie vulkaan.

TIP: Je bezoekt het dorp Luba waarvan je in de schaduw van de huizenhoge bamboebossen wandelt naar Bena, een schitterend gelegen dorpje met megalithische stenen. Deze stenen worden nog steeds gebruikt om offers aan geesten te brengen. Nog regelmatig worden rituelen gehouden, vaak als eerbetoon aan de voorouders.

De dorpsoudsten nemen bij deze offer- en ontmoetingsplaatsen belangrijke beslissingen, die invloed hebben op hun relaties met het bovennatuurlijke. Zij handhaven ook de “ngadu”, een als mannelijke voorouder beschouwde offerpaal die er uitziet als een parasol, bestaande uit een bewerkte paal met een rieten puntdak. De ngadu vormt een paar met de “bhaga”, een aan de vrouwelijke voorouders gewijd huisje met een opening aan de voorkant. De traditionele huizen van Bena hebben steil aflopende, hoge daken van gras. Sommigen zijn bekroond met het beeld van een krijger met een speer. Als je door Bena loopt, lijkt het alsof je een flinke sprong terug in de tijd hebt gemaakt.

Dag 9: BAJAWA – RUTENG

Het eerste deel van de route naar Ruteng voert door open landschap en geeft je spectaculaire uitzichten op de vele vulkaantoppen en de grillig gevormde lavastromen. Later rijd je door het dichtbegroeide berglandschap van West-Flores en arriveer je in Ruteng. Ruteng is een klein, overwegend katholiek stadje met een levendige winkel- en marktwijk. Vanwege zijn hoge ligging heeft Ruteng een prettig koel klimaat.

Het stadje is ook het centrum van de Manggarai-stam. Het meest spectaculaire gebruik van deze stam is het houden van “caci”, of zweepgevechten, waarbij de deelnemers elkaar afranselen met zwepen van buffelhuid. Het is een belangrijk deel van de traditionele huwelijksgebruiken die nog steeds een rol spelen, ook bij de katholieke huwelijkssluiting. Het “seizoen” loopt van eind juni tot eind augustus. Het bijwonen van een dergelijk bruiloft is zeker de moeite waard. Wie zich netjes kleedt, wordt meestal als een eregast onthaald.

Dag 10: RUTENG – LABUHAN BAJO

Een prachtige rit door een schilderachtig landschap met uitzichten op de zee en vulkaantoppen brengt je naar het havenplaatsje Labuhan Bajo, wat ligt aan een prachtige baai. Labuhan Bajo is het enige islamitische plaatsje op West-Flores; de minaret van de moskee torent bescheiden boven de houten huisjes van het dorp uit.

’s Avonds kun je genieten van heerlijk “seafood”, terwijl de zon de blauwe baai langzaam rood en roze kleurt. Voor het beste uitzicht op de haven moet je de Pramuka beklimmen, de heuvel net ten zuiden van het dorp. Vooral bij zonsondergang kan het uitzicht uiterst spectaculair zijn.

Dag 11: LABUHAN BAJO – RINCA – KOMODO

In de ochtend scheep je in voor een schitterende boottocht langs de Komodo-archipel die velen als het hoogtepunt van de reis ervaren. Je slaapt één nacht aan boord van de boot. Er is een kok aanwezig die je van de meest fantastische maaltijden voorziet. Onderweg is het mogelijk om te snorkelen (zelf spullen meenemen!)

Het hoogtepunt van een bezoek aan Komodo Nationaal Park is het zien van een varaan in zijn natuurlijke habitat. De komodovaraan is het grootste reptiel op aarde en nauw verwant aan de dinosaurussen. Het wijfje legt gemiddels vijfendertig eieren die ze begraaft. Acht maanden later komen de jongen uit en rennen meteen een boom in. Het eerste levensjaar brengt de varaan in bomen door waar hij jaagt op insecten en later op knaagdieren en vogels. Eenmaal op de grond breidt hij zijn menu uit met wilde zwijnen, paarden, waterbuffels en herten.

TIP: Het op één na grootste eiland van het Komodo Nationale Park is Rinca. Het landschap is groener en heuvelachtiger dan van het eiland Komodo. Hier maak je onder leiding van rangers een circa twee uur durende wandeling met prachtige weidse uitzichten over de zee en het eiland. Met een beetje geluk zie je naast de varanene ook nog wilde paarden, herten, buffels en apen. Na de wandeling scheep je je weer in en vaar je in circa 2 uur verder naar het eiland Komodo. Hier wordt het anker uitgegooid voor de overnachting aan boord.

Dag 12: KOMODO – SAPE – BIMA

‘’s Ochtends vroeg maak je onder leiding van een ranger een wandeling op het eiland Komodo, op zoek naar de Komodovaraan. Daarna vaar je door naar Sape op het eiland Sumbawa. Bij aankomst rijd je met onze bus naar het plaatsje Bima. De haven van Bima is één en al bedrijvigheid; er liggen sierlijke houten vrachtschoeners en lompe metalen schepen. In het droge seizoen liggen in de haven grote hoeveelheden felblauwe zakken zout opgestapeld, bestemt voor JavA EN Kalimantan, en af en toe wachten waterbuffels op transport naar Jakarta en Surabaya. Naar Java wordt ook veel voedsel vervoerd: knoflook, sojabonen en vooral sjalotten, hét voornaamste agrarische product van de regio Bima.

Dag 13: BIMA – SUMBAWA BESAR

Een lange maar mooie rit brengt je langs vulkanische berghellingen en vlakten met rijstvelden naar Sumbawa Besar. Onderweg stoppen we ondermeer bij uitgestrekte zoutpannen, waar uit zeewater zout gewonnen wordt en in Labuhan Jambu, een fotogeniek vissersdorpje aan de noordkust van sumbawa. Eind van de middag kom je aan in Sumbawa Besar, de hoofdstad van Sumbawa. Hier overnacht je in een prachtig exotisch hotelletje, bestaande uit bungalowtjes op palen. Dit hotel ligt aan het strand, waar je kunt snorkelen.

Dag 14: SUMBAWA BESAR / EXCURSIE PULAU MOYO

Vrije dag. Je kunt er een rustdag van maken en heerlijk genieten van het strand. Direct vanaf het strand voor het hotel kun je gaan snorkelen. Je kunt ook aan een facultatieve excursie deelnemen. In de ochtend varen we dan met een bootje in ongeveer 2 uur naar het natuurreservaat Pulau Moyo, waar je nideaal snorkelwater zult aantreffen! Een enkel rif in Nusa Tenggara ken een kleine duizend vissoorten bevatten, meer dan in alle wateren van Europa samen. De onderwaterwereld is onvoorstelbaar kleurrijk. Dappere anemoonvissen verdedigen hun levende huis. Scholen koraalvlinders zweven rond de rifmuren, statige klipvissen doorkruisen het rif in paren. Je luncht op het witte strand van Moyo.

Andere mogelijkheden vanaf het hotel zijn bezoekjes aan het Sultanspaleis daterend uit 1885, de bedrijvige markt van Sumbawa Besar en/of een traditioneel dorpje. Hier zie je mensen weven, sigaretten rollen van “lontarblad”en kun je een traditioneel huis van binnen bekijken.

Dag 15: SUMBAWA BESAR – TETEBATU

’s Ochtends rijd je naar Tano, vanwaar je de ferry naar het eiland Lombok neemt. De mooie tocht duurt ongeveer anderhalf uur. Bij aankomst in Labuhan Lombok rijd je door richting Tetebatu. Temidden van boomgaarden, moestuinen en tabaksplantages ligt ons prachtig gelegen hotel aan de voet van de vulkaan Rinjani. Bij helder weer biedt het een adembenemend uitzicht op de vulkaan.

Dag 16: TETEBATU

Vrije dag. Je kunt er uiteraard voor kiezen op eigen gelegenheid wat rond te wandelen of je boek te lezen. Of je kiest voor één of twee van de volgende optionele excursies:

’s Ochtends maak je vanuit je hotel een wandeling van ongeveer drie uur over sawadijkjes. Het laatste deel is door een bos, tegen de helling van de Rinjani-vulkaan. Je hebt hier een goede kans om zwarte apen te zien die hoog in de bomen de wandelaars in de gaten houden.

TIP: ’s Middags kun je een bezoekje brengen aan het weversdorp Pringasela. Je hebt uitgebreid de tijd om dit dorpje en het hele proces van weven te bekijken. Ook bekijk je het pottenbakkersdorp Masbagik.

Dag 17: TETEBATU – NARMADA – LINGSAR – GILI EILANDEN

In de ochtend vertrek je naar de Gili eilanden. Onderweg zul je het tuinencomplex van Narmada aandoen. Dit complex werd in 1805 gebouwd door de raja van Mataram. Toen hij te oud was geworden om de Rinjani-vulkaan te beklimmen om daar zijn offers in het heilige meer te deponeren, heeft hij een replica van de Gunung Rinjani en het kratermeer Segara Anak laten bouwen.

Vervolgens rijd je door naar Lingsar, dat de heilige plaats is van twee godsdiensten: Wetu Telu (een mengsel van adat en elementen uit de islam) en ht Balinese hindoeïsme. Elke religie heeft een eigen uit 1714 daterende tempel. Van daaruit rijd je door naar het havenplaatsje Bangsal, vanwaar je overstapt in lokale bootjes welke je naar de voor de kust gelegen Gili eilanden brengen.

Dag 18: GILI EILANDEN

Gili Air, Gili Trawangan en Gili Meno zijn drie prachtige koraaleilandjes. Hier vind je koraalriffen, witte zandstranden en wuivende palmbomen. Je kunt er prima zwemmen, snorkelen of een duikexcursie maken. Het strand van gili Meno loopt helemaal rond het eiland, dus je kunt hier een echte “rond”-wandeling maken. Ook zijn er leuke barretjes en gezellige restaurantjes. Je kunt er ook voor kiezen op snorkel excursie te gaan. Je gaat dan met een vlerkprauw met glazen bodem naar een gebied waar de kans groot is om, al snorkelend, zeeschildpadden te zien zwemmen. Na dit avontuur brengt de prauw je naar een plek waar je snorkelt boven een koraaltuin met vele soorten kleurrijke vissen. Na afloop word je weer terug gebracht naar het hotel met de prauw.

Opmerking: het kan voorkomen dat we in plaats van Gili Meno in Gili Air zullen verblijven vanwege beperkte accommodatie voor groepen om Gili Meno.

Dag 19: GILI EILANDEN – UBUD

In de ochtend vertrek je per speedboot van de Gili eilanden rechtstreeks naar Padangbai op het eiland Bali. Van daar reis je meteen door naar Ubud. Ubud is het culturele centrum van Bali, vooral beroemd om zijn schilderkunst. De traditionele Balinese cultuur wordt hier in ere gehouden. Er zijn dan ook vaak religieuze ceremonies, dansvoorstellingen en feesten. Vrijwel zeker kun je hier een van deze kleurrijke festiviteiten meemaken. Je overnacht hier in een hotel met zwembad.

Dag 20: UBUD / FIETSEXCURSIE

Vrije dag. Je kunt genieten van dit kunstenaarsdorp met zijn prachtige tropische omgeving. Ubud is een ideale bestemming voor de sportieve liefhebber van natuur en buitenleven. Wie van wandelen en fietsen houdt kan zijn hart ophalen. Je kunt deelnemen aan een optionele fietsexcursie.

Je kunt ook op eigen gelegenheid Bali verder verkennen. In Tampaksiring bevindt zich Pura Tirta, waar Balinezen hun rituele baden nemen in de heilige waterbronnen. Of bezoek de Besakih-tempel, de moedertempel van Bali. Dit enorme complex bestaat uit dertig verschillende tempels die op zeven terrassen zijn gebouwd. De meer dan achthonderd jaar oude tempel is goed bewaard gebleven. ’s Avonds kun je eventueel een Balinese dansvoorstelling in Ubud bezoeken.

Dag 21: VERTREK UBUD

In de loop van de daG VERTREK JE NAAR DE LUCHTHAVEN VAN Denpensar. Daar check je in voor de terugvlucht naar amsterdam waar je de volgende dag aankomt.

Dag 22: AANKOMST

Aankomst. Je Indonesië rondreis zit er helaas op. Gelukkig heb je de vele herinneringen nog!