Plan B

8 november 2017 - Anuradhapura, Sri Lanka

Woensdag, 8 november 2017

Hotel Lakeside Nuwarawewa  Anuradhapura

Negombo wordt ook wel “Little Rome” genoemd vanwege zijn vele kerken. St. Mary’s Church is een van de talloze grote katholieke kerken in Negombo en elders langs de westkust. Veel plaatselijke vissers werden in de koloniale tijd door de Portugese missionarissen, die in dit gebied bijzonder actief waren, bekeerd tot het katholieke geloof. Van de vele christenen in het land is 70% katholiek. Godsdienst speelt een belangrijke rol in de Sri Lankaanse samenleving. Als we om acht uur ’s morgens bij de kerk aankomen, staan de deuren van de kerk al wijd open, en zijn de gelovigen in gebed. De kerk staat in de steigers en het bouwmateriaal ligt her en der verspreidt. De kerk moet voorzien worden van een nieuw dak, en het interieur is ook toe aan een opknapbeurt. Het is gebruikelijk dat er kaarsjes worden aangestoken, en omdat we niet achter willen blijven, steken we de kaarsjes aan die Anthony voor ons gekocht heeft. Na een korte wandeling komen we aan bij de haven. Vanaf de oude brug zien we de gekleurde vissersboten in de haven liggen. De vissers zijn druk in de weer met hun netten en het sorteren van de vissen. Een vissersvrouw verkoopt langs de kant van de weg de vers gevangen vis van haar man. We lopen verder naar de ambtenarenstraat, waar zich talloze notaris- en juristenkantoren bevinden. Tijdens de kolonisatie werden zaken administratief goed geregeld en georganiseerd. Voordat de kolonisten kwamen was er ambtelijk niets geregeld en stond er weinig op schrift. De lokale mensen werden opgeleid en verkregen een baan in de administratieve sector. Scholen en universiteiten werden gebouwd waar tot op heden nog steeds onderwezen wordt. Het gerechtshof in de straat wordt streng bewaakt door militairen. Statig staan de militairen strak in hun pak met hun geweer in de aanslag, in de houding.

Het oude Hollandse fort, wat betreft de overblijfselen, dateert uit 1678. De Engelsen verbouwden het tot gevangenis en is nog steeds als zodanig in gebruik. Na de onafhankelijkheid in 1948 werd de doodstraf afgeschaft. De voornaamste religie is het boeddhisme, een levensovertuiging, die door de grote meerderheid van de Singalezen beleden wordt. Eén van de regels van het boeddhisme zegt dat er geen levende wezens gedood mogen worden.

De lagune bij Negombo levert veel zeebanket op. Vroeg in de morgen wordt op de drukke vismarkt in het centrum de vis geveild aan de horecabedrijven. Daarna is er de markt voor de lokale mensen. De vis ligt uitgestald op de houten schappen, waarmee de koopmannen handelen met hun clientèle. Inktvissen, garnalen, zwaardvissen, tonijnvissen, de keuze is enorm. Op het hete zand aan zee worden matten neergelegd waarop de kleine visjes gedroogd worden. We verlaten Negombo en vertrekken naar de historische koningsstad Anuradhapura in het noorden van het land. We volgen de nieuwe weg, langs de westkust van Sri Lanka. Een mooie route waar we het dagelijkse leven aan ons voorbij zien trekken. Onderweg zien we veel vegetatie, vooral de kokospalmboom. De kleinere cashewnotenbomen geven hun vruchten tussen mei en augustus. De rijstvelden staan er nog kaal en verlaten bij. Het duurt nu niet lang meer voordat de zaadjes gezaaid of de stekjes geplant gaan worden. Vroeger werd er vooral witte rijst gekweekt, maar omdat witte rijst rijk aan koolhydraten is, word er nu hoofdzakelijk rode rijst gekweekt die bijdraagt aan een gezond eetpatroon. Rijst is het hoofdingrediënt van de dagelijkse drie maaltijden van de bevolking. Door de vele witte rijst, waar veel koolhydraten inzitten, kregen veel mensen diabetici.

Het eiland heeft zeven keer een naamsverandering ondergaan. De Nederlanders noemden het eiland Zeeland. In 1803 schonken de Nederlanders het eiland aan de Engelsen, die het Long Sea noemden. Uiteindelijk werd dat Ceylon. De eerste vrouwelijke premier ter wereld, Sirinavo Bandaranaike veranderde de naam in 1973 in Sri Lanka, twee samengevoegde woorden uit het Sankriet, dat betekent eerbiedwaardig eiland.

Onderweg pakken donkere wolken zich samen en valt er af en toe een druppel regen. Als we tegen de middag aankomen bij ons hotel, kunnen we nog even buiten zitten. Maar al snel begint het te regenen en moeten we toch naar binnen vluchten. Het blijft niet bij een kleine bui, want als we ’s middags naar de oude koningsstad Anuradhapura vertrekken valt de regen met bakken naar beneden. De bedoeling was om de heilige bo-boom, de Ruwanweliseya stoepa en de rotstempel Isurumuniya te bezoeken. Maar ook dit uitstapje valt in het water en moeten de plannen bijgesteld worden. Anthony stelt voor om plan B in te zetten, wat inhoudt dat we gaan pinnen in de stad en geld gaan omwisselen. De mensen die gaan pinnen worden kliedernat en komen als verzopen katten terug in de bus. Als de weergoden ons morgen goedgezind zijn, gaan we na het ochtendprogramma naar de oude koningsstad. Nadat we ons omgekleed hebben gaan we voor een drankje naar de bar in het hotel. Dan duurt het ook niet lang meer voordat het eten opgediend wordt. Langzaamaan wordt het tijd om ons bed op te zoeken. Morgen worden we vroeg gewekt voor de jeepsafari door het Wilpattu National Park. De wake-up call is om half vijf, tenminste, als plan B niet ingezet hoeft te worden….   

Rees en Ruud                             

Foto’s