Smelten

16 november 2017 - Kalutara, Sri Lanka

Donderdag, 16 november 2017

Tangerine Beach, Kalutara

We worden wakker van het felle licht van de televisie. Toen we gistermiddag aankwamen stond de tv aan op een muziekkanaal. We kregen de televisie niet helemaal uitgezet, maar er was in ieder geval geen beeld meer. Totdat vanmorgen de beeldbuis veranderde in fel blauw ligt. We moesten toch vroeg op, dus maakt een half uur eerder niet veel uit. Als we om half zeven het restaurant inlopen voor het ontbijt,staat er nog niks gereed. We hebben onze bedenkingen of we nu wel op tijd in de bus zitten. Om uiterlijk kwart over zeven wil Anthony richting het Udawalawe NP vertrekken, omdat we vóór negen uur bij het Elephant Transit Home moeten zijn voor de voedertijd van de jonge  wilde olifanten. Het opvanghuis voor de jonge olifanten is bestemd als tijdelijke opvang. Soms zijn de olifanten verstoten of heeft de moeder niet genoeg melk voor het jong.  Zodra de olifanten vijf jaar oud zijn worden ze vrijgelaten in het Udawalewa NP. Vier keer per dag worden de dieren gevoerd, en kunnen toeristen vanaf de tribune toekijken. Het project is opgericht door vrijwilligers, en de entreegelden worden besteed aan de opvang voor de olifanten. Het opvanghuis ligt naast het park. In Sri Lanka leeft zowel de Aziatische als de Afrikaanse olifant. Er zijn verschillende uiterlijke kenmerken. De Afrikaanse olifant heeft grotere oren en het mannetje heeft slagtanden. Mannetjes leven alleen, totdat ze een geschikte partner hebben gevonden. Het vrouwtje is in deze dominant en bepaalt of het mannetje deel uit mag gaan maken van de clan. Het oudste vrouwtje is de baas van een clan. Als de jonge olifanten niet genoeg melk kunnen krijgen bij hun moeder, drinken ze bij andere vrouwtjes uit de clan.

We rijden over de provinciale weg langs rijstvelden en de tropische vegetatie. Palmbomen, ficussen, rubberbomen, varens en kleine struiken sieren het landschap. Het meer onderbreekt de groene vegetatie, waar de pelikanen, maraboes en reigers gretig gebruik van maken. Een visser tuurt naar zijn dobber en hoopt op een dikke vis. Een olifant baddert vrolijk in het koele water en gebruikt zijn slurf als douche. De akkers van de boeren liggen vlak naast het park. Om te voorkomen dat de olifanten de akkers van  de boeren vernielen is het park omheind met schrikdraad. Soms laten de olifanten zich niet helmaal afschrikken door de omheining, en laten ze een boom op de schrikdraden vallen. Als we op de tribune staan zien we de olifanten uit het park aanlopen naar de voederplaats. Het is aandoenlijk om te zien, hoe de beesten trouw op hun beurt wachten voordat ze een flink aantal liters melk te drinken krijgen. Sommige olifanten hebben een band om hun nek, dat betekent dat deze olifanten binnenkort worden vrijgelaten in het park. We smelten bij het zien van de kleine olifanten die gehoorzaam hun liters melk leegdrinken.

Vanaf het weeshuis is het drie uurtjes rijden tot aan de koloniale stad Galle, in het zuiden van Sri Lanka. We rijden twee uur over de provinciale weg en het laatste uur rijden we langs de kaneel- en rubberplantages. Rubber is het belangrijkste export product. Van alle kaneel dat over de hele wereld geexporteerd wordt, komt 90% uit Sri Lanka. De boeren zijn druk op de natte rijstvelden waar de reigers proberen een graantje mee te pikken van het zaaigoed. Een buffel ligt verscholen in een van de rijstvelden, en kan nog net zijn kop boven water houden. Het is een mooie omgeving waar we doorheenrijden. Hoe meer we naar het zuiden rijden, des te warmer wordt het. De weelderige groene omgeving gaat over in drukke straten en wegen. De dieren maken plaats voor de tuktuks en bussen, en het drukke dagelijkse leven gaat zijn gang in de grotere steden. Langs de kustweg doemen eettentjes en hotels op en staat het ene souvenirstalletje naast het andere. De steltpalen van de paalvissers zijn onbemand. Op tweede kerstdag in 2004 richtte de tsunami enorme verwoestingen aan en kostte meer dan 35000 mensen het leven. Vooral de mensen aan de kust werden het zwaarst getroffen en werden dorpen weggevaagd. In Galle, de grootste stad die zwaar was getroffen was een van de belangrijkste plaatsen waar hulpverleningsprojecten werden opgezet. Door subsidiegelden en hulp van ontwikkelingslanden werd er snel weer aan de wederopbouw van Sri Lanka gewerkt. Stevige fundamenten werden gestort voor het bouwen van de nieuwe huizen. Veel mensen werden er beter van na de tsunami, het wordt ook wel de “gouden golf” genoemd. De steltpalen zijn nu nog maar een toeristische attractie die door chinezen massaal gefotografeerd worden, het nieuwe inkomen van de voormalige paalvissers.

Galle is de best bewaard gebleven koloniale stad van Sri Lanka en is bijzonder sfeervol. Langs de straten staan villa’s uit de Hollandse tijd die beschermd worden door onverwoestbare stadsmuren. De branding van de Indische Oceaan beukt op tegen de rotsen. Galle bestaat uit twee delen, de nieuwe stad en het nabijgelegen Galle Fort. Het lijkt alsof het fort in de afgelopen eeuwen niks veranderd is. We lopen door het nationale museum en zien een enorme collectie curiosa en antiek uit de tijd van de Nederlanders. De Groote kerk is de oudste protestantse kerk van Sri Lanka. Een deel van de vloer bestaat uit grafstenen van Hollandse burgers uit de koloniale tijd. Vanaf de oude vuurtoren maken we een wandeling langs de stadsmuur die een weids uitzicht biedt over de zee. Het oude pakhuis is ingericht als restaurant en vanaf onze tafel kijken we uit op de oude stad. Aan onze rondreis komt langzaam een einde, want nadat we nog even langs de kust rijden en stoppen bij de stelten van de paalvissers, gaan we  onderweg naar Koggala, waar een aantal mensen uit onze groep de laatste paar dagen van hun strandvakantie gaan doorbrengen. Nadat de koffers uit de bus zijn, en zij afscheid hebben genomen van Anthony, de chauffeur en zijn assistent zwaaien we hen uit en rijden we verder naar onze eindbestemming Kalutara. Na anderhalf uur rijden komen we aan in de stad en komen langs een enorme witte stoepa van de Gangatilaki (donatie) die hoog boven de bebouwing uitrijst. Deze stoepa is een van de weinige die hol is. Eerbiedig vouwen de Singalezen hun handen en buigen als ze voorbij de stoepa komen. De naam Kalutara verwijst naar de Kalu Ganga (zwarte rivier) die door de stad stroomt. Het is spitsuur, dat betekent dat er continue getoeterd en voorgedrongen wordt. Maar onze chauffeur is baas boven baas en manoeuvreert zijn voertuig netjes door de verkeersluwte. De volgende halte is het hotel van twee van onze medereizigers, de bus wordt steeds leger. Na hun uitgezwaaid te hebben zijn wij aan de beurt. Na tien minuutjes verder rijden stopt de bus bij ons hotel voor de komende dagen, Tangerina Beach resort. De koffers gaan uit de bus en nemen we afscheid van Anthony, chauffeur en assistent. Anthony, die met veel liefde over zijn land vertelde, alles tot in de puntjes geregeld had, voor iedereen een woordje had en heel deskundig, we hadden geen betere reisleider kunnen hebben. De chauffeur en zijn assistent, iedere dag weer een schone bus en iedere dag weer een andere bloem op de zitplaats. Altijd vriendelijk, je een helpende hand toesteken waar nodig, sjouwen met de koffers en iedere dag weer het ritueel voor de veilige reis. We hebben ons geen moment ongemakkelijk of onveilig gevoeld. Met nog tien andere medereizigers in de bus die morgen naar de Malediven vertrekken zwaaien we hun uit en gaan ook wij genieten van een paar daagjes strand. We hebben nog een excursie voor de boeg morgenvroeg. Om kwart voor vier wake up call, we gaan walvissen spotten…..

Rees en Ruud

Foto’s

2 Reacties

  1. Ted & Helmi Engel.:
    19 november 2017
    Geniet nog van een paar lekkere strand dagen en kom uitgerust weer naar huis.was zeker een mooie reis we hebben weer met jullie samen plezier gehad .
  2. Wilma:
    20 november 2017
    Oei, een fel blauw licht. Weten jullie zeker dat dit de tv was? Er zijn mensen uit Brunssum (de Egge) die vreemdere dingen gezien hebben :) Nog even genieten en een goede vlucht.